Tag: carnaval

  • Elektrische nachten

    We kunnen ons de nachten van voor de industriële revolutie niet meer voorstellen: de nachten zonder gas- of elektriciteitsverlichting . Wat deden de mensen toen ? Was er ‘s nachts een uitgangsleven of bleven de meesten binnenshuis? Dit zou een aparte studie vereisen. Feit is dat sinds de introductie van de straatverlichting nieuwe omgangsvormen ontstaan zijn die vandaag steeds talrijker worden: we kunnen ons géén nacht meer voorstellen zonder enige vorm van verlichting die de mensen met elkaar verbindt.

    Nicolas Restif de la Bretonne zag eind 18e eeuw reeds de schoonheid van straat- en andere verlichting in de nacht: “… la lueur des réverbères, tranchant avec les ombres, ne les détruit pas, elle les rend plus saillantes: c’est le clair-obscur des grands peintres.

    Sindsdien zijn de stedelijke nachten koortsig en uitbundig. Tijdens dolle carnavalsdagen bv. wordt de nacht de tijd voor ontelbare nieuwe vormen van lichtbronnen die de magie van het uitzinnig gebeuren verder onderstreept.

  • Gedaanteverwisseling

    Gedaanteverwisseling

    ’s nachts wordt de maatstaf van waar en vals opgegeven. Met het ontbreken van daglicht wordt de nachttijd die van de gedaanteverandering: niet alleen zijn de vormen moeilijk van elkaar te onderscheiden, er vindt op vele plaatsen een ware switch plaats waarbij het leven het schouwtoneel wordt van een soort goddelijke komedie waar alle klassieke rollen van overdag ingeruild worden voor een carnavaleske vertoning.

    Michael Fössel schrijft in “La Nuit”:

    “Cachoteries, silences, travestissements, masques: la nuit est moins faite de mensonges délibérés qu’elle ne se caractérise par le suspens des critères habituels du vrai et du faux. Vérifiables en plein jour, les identités deviennent incertaines.” (p.203)