Categorie: mijmeringen

  • Hypnotisch

    De nacht verkennen heeft iets hypnotisch.

    Deze zondagnacht ben ik weer op stap gegaan. Zondagen zijn rond 3 of 4uur in de ochtend doorgaans zeer rustig (eindelijk!). Na de gekte van het carnaval van afgelopen weekend had ik nu nood aan de rust en kalmte van lege straten, aan abstractere beelden en aan andere geluiden.

    De nacht bekoort en verleidt. Als je er moedwillig aan toegeeft wordt je letterlijk in de nacht gezogen en opgenomen. Als in een trance. Wat je ontdekt is niet iets nieuws, maar de vertoning van de wereld op een andere, afwijkende manier.

    Bv. de vekeerslichten aan de lege kruispunten die onafgebroken en volgens een vast patroon van rood naar groen springen zonder dat de lichtsignalen tot iets dienen. Fascinerend.

    Die fascinatie benoemt de Franse filosoof Michaël Fœssel als: “zintuigen ontwapend” (Les sens désarmés) omdat de zintuigen niet meer te vertrouwen zijn.

  • Nachtelijke noise

    Nachtelijke noise

    Is er een verband tussen de nacht en de stilte?

    Misschien wel. Misschien niet.

    Op bijna alle plekken waar ik geweest ben om te filmen (ik zou ze eens moeten tellen) heerste er opvallend veel lawaai: voornamelijk van het verkeer op de wegen, de vliegtuigen in de lucht maar ook van industriële infrastructuren en aircosystemen. Zelfs windmolens maken kabaal. Op afgelegen plaatsen voerde de wind er de ruis mee afkomstig van talrijke verre activiteiten… Het was lastig om stille plaatsen te vinden.

    Let wel: op zich hoeft de nacht niet stil te zijn… In het oerwoud zijn de nachten niet stil, zoals blijkt uit talrijke klankopnames aldaar.

    Maar de stilte is niet alleen een kwestie van geluidsgolven zoals Erling Kagge schrijft in zijn mooi boekje Silence in the age of noise. Stilte moet gecreëerd worden: “Silence is more of an idea. A notion. The silence around us may contain a lot that lies within. A silence which each of us must create. I no longer try to create absolute silence around me. The silence that I am after is the silence within.”

    Is nacht ook iets dat je kunt creëren? Of is de nacht enkel een natuurverschijnsel (zoals de wind en de regen en…)? Is stilte een natuurlijk fenomeen? Niet dus.

    Het idee van een nacht in onszelf spreekt me erg aan. Misschien is het dat dat ik met dit project tracht te filmen.

  • Wit licht

    In de duisternis van de nacht treden met het licht voor ogen.

  • Hier zijn draken

    Hier zijn draken

    Ik heb me zelden zo vrij gevoeld met het maken van een videowerk. Ondanks alle beperkingen ̶ zowel diegenen die ik zelf gekozen heb, als diegenen die door de omstandigheden op mij afkomen.

    Wat betekent “vrijheid” eigenlijk? Het betekent niet, zoals de meesten denken: doen waar je zin in hebt. Het is, om een woord van Jean-Luc Godard te parafraseren, “niet doet wat je wilt, maar doen wat je kunt” (“Ne pas faire ce qu’on veut, mais faire ce qu’on peut”).

    In de traditionele media is men nooit helemaal vrij: de financierders willen hun investeringen terug, de ploeg medewerkers willen duidelijke richtlijnen en het publiek wilt een verhaal binnen een sterk afgebakend format. Het is een hele kunst om al die parameters met elkaar af te stemmen.

    Niets van dit allemaal in dit project. Maar hier gelden andere regels. Niet speciaal gemakkelijker of eenvoudiger!

    De nacht is de tijd waarin men niet kan doen wat men wilt. De nacht bepaalt wat kan of niet. De nacht en haar resem “beperkingen” laat je in haar domein toe op voorwaarde dat je doet wat binnen de mogelijkheden van de nacht ligt. Soms kun je veel. Soms helemaal niets. Het is een spel waarin de regels veranderlijk zijn, het doel of de eindbestemming onduidelijk en de weg te bewandelen niet op kaarten is aangegeven.

    De nacht is een soort terra incognita.

    Het schijnt dat vroeger de cartografen zo’n gebied op een kaart aanduidde als: “Hic sunt dracones“, “Hier zijn draken”. Wat een prachtig beeld! In het boeddhisme bestaat het geloof dat draken, diep in de oceanen het onderricht van de Boeddha bewaken!

    Als je de wereld op een nachtelijke manier ontmoet, ben je vrij. En vrij betekent dan: “de draken ontmoeten“.

  • De nacht is de nacht niet

    De nacht is de nacht niet

    Sekito Kisen (Shitou Xiqian) is een befaamde Chinese zenboeddhistische meester uit de 8e eeuw. In zijn gedicht, de “Sandokai” schrijft hij:

    In het licht is er duisternis, maar zie het duister niet als duisternis.

    In de duisternis is er licht, maar ziet het licht niet als licht.

    In het Westen hebben we geleerd om in tegenstellingen te denken en te voelen: ik/jij, hier/ginder, hoog/laag, mooi/lelijk, goed/slecht enz… En we hebben geleerd deze tegenstellingen als absoluut te beschouwen, d.w.z. op zichzelf staand in een ongenaakbaar en onverwisselbare positie. Dit vormt de basis van ons sterk dualistisch denken. Als iets zich in een positie bevindt, kan het onmogelijk een andere positie aannemen of ermee in relatie gaan. Zelfs niet in onze verbeelding.

    In het Oosten kennen ze die tegenstellingen ook. Het gebruik van taal om de dingen te benoemen en duidelijk af te bakenen ligt hier aan de basis. Het verschil is dat Oosterlingen de onderlinge afhankelijkheid van alle begrippen, van alle dingen, van alle mogelijke posities ook zien en ermee rekening houden.

    Ik is afhankelijk van jij. Dag is afhankelijk van nacht. Hier is afhankelijk van ginder enz… Elke positie is onderling afhankelijk met zijn tegengestelde en met alle andere mogelijke posities. Dit geeft aan het Oosters denken dat typisch holistisch patroon dat voor ons niet altijd gemakkelijk te begrijpen is.

    Enkele dichters in het Westen hebben ook dit aangevoeld. Arthur Rimbaud bv. schreef: “Je est un autre.”

    Maar Sekito Kisen gaat in zijn gedicht “Sandokai” nog een stap verder. In elke positie is de tegenovergestelde positie aanwezig. In het licht is er duisternis en in de duisternis is er licht. Bovendien kun je die aanwezigheid niet vastleggen in een nieuw soort positie: “zie het duister niet als duister”, “zie het licht niet als licht”.

    Honderd jaar daarna schreef een andere Chinese zenmeester, Tozan Ryokai, als een soort echo:

    Middernacht is het ware licht. Bij zonsopgang verschijnt het niet.

    Mijn videoproject gaat over die fundamentele ambiguïteit en het niet begrijpen ervan. Letterlijk.

  • 10,5 uur materiaal

    Totale tijd van alle opnames tot op deze dag: 10u37min
  • Tijd tekort

    De nachten worden beduidend korter. De tijd bruikbaar voor de opnames ook! Ik denk niet alles te zullen kunnen filmen. Al kan ik mij van dat “alles” geen duidelijk beeld vormen: wat ontbreekt er eigenlijk? Je zou de nacht ook in één shot kunnen filmen. ’t is eerder een gevoel niet alles van de nacht te zullen kunnen vatten. Een beetje frustrerend eigenlijk.

    Per definitie is de nacht door niets begrensd en een gevoel van oneindigheid (geen-einde) beheerst je als je de nacht verkent. Maar nu de nachtelijke tijd inkrimpt, vervaagt het gevoel van onbegrensdheid ook. De betovering verdwijnt. De zakelijke nuchterheid begint de bovenhand te halen.

    Deze morgen rond 5u30 torende de volle maan hoog en groot boven de daken in het Westen. In het Oosten was de hemel al donkerblauw. Dageraad & vrieslucht.

  • Tout commença avec Lumière

    “Chez Lumière, ce n’est pas l’Histoire qui est montrée, c’est la vie. Et la vie, c’est quelque chose de plus profond. C’est pourquoi ces films sont d’une telle importance: ils ouvrent la porte à notre imagination. C’est exactement ce que nous aimons appeler aujourd’hui oeuvre d’art.”

    Jean Renoir

  • Het hart van de nacht

    Het is niet gemakkelijk, met dit nachtproject, om het hart van de nacht te vinden. Ik ben niet zeker dat ik er al geraakt ben. ‘t is nog zoeken en tasten in de duisternis (letterlijk).

    Het is niet gemakkelijk om, als het donker is, je huis uit te gaan; de warmte van je “thuis” te verlaten en koud, wind en regen tegemoet te treden.

    Bovendien zijn mijn nachtelijk escapades tot nu beperk gebleven tussen 20u en 01u in de nacht. Gisteren merkte ik voor het eerst een duidelijke “grens” rond 23u30 waarbij er beduidend minder mensen onderweg zijn. Het wordt dan stiller rondom je. De lichten in de huizen gaan meer en meer uit of de rolluiken zijn neergelaten.

    Ik moet nog de “ware” nachtelijke uren verkennen (tussen 01u en 05u) die waarin het minst gebeurt. De periode waarin de meeste mensen slapen. De periode van de risico’s. Niet alleen van een onaangename ontmoeting (met een mens, een dier, een object – gisteren ben ik in de velden uitgegleden en in de prikkeldraad van de omheining terechtgekomen – zonder ernst, maar toch…). Het is ook de periode van “verdachtmaking”: als je je dan op straat (of in de velden of in een bos) bevindt, ben je “verdacht”. Wat doe je daar? Met camera, micro en statief?

    Maar er is ook een ander risico: dat van helemaal van jezelf los te komen en een “gebied” binnen te stappen waarin geen enkel referentiepunt nog aanwezig is. Zoals in de dromen.

    Hieronder een klein nachtfragment – hoe de dieren slapen.

  • Overal en nergens

    Deze morgen ben ik om 5u45 mijn huis uitgegaan en ben ik 100m verderop in de velden enkele opnames gaan maken. Het was behoorlijk mistig. Toen bevond ik letterlijk nergens meer. Die plaatsen (en de beelden) kunnen nu van overal afkomstig zijn.

    Een vreemd gevoel.

    De nacht ontneemt de precieze locatie. De eigenheid van de plaatsen die ze overdag hebben. ‘s nachts kun je letterlijk verloren lopen in een vertrouwd gebied.